Zoals verwacht en vorige maand al beschreven, is de poging van de Reddit beleggers van het intussen beruchte WallStreetBets forum om de zilvermarkt op te blazen op een sisser uitgedraaid.

Dit neemt niet weg dat de verhalen over een vermeende fysieke schaarste maar blijven komen. Tijdens de Reddit-gekte wou een grote groep private beleggers allemaal tegelijk fysiek zilver inslaan in de vorm van staven en munten. De kleinhandel was daar niet op voorbereid, waardoor de voorraden op korte termijn uitgeput waren en de verkooppremies de hoogte inschoten.

Dit sterkte de ‘Redditors’ in hun geloof dat ze naar analogie met de Hunt Brothers in 1980 de zilverprijs naar een recordhoogte konden opstuwen. Niets was echter minder waar want de vermeende schaarste was niet meer dan een logistieke flessenhals. Het tekort aan staven en munten in de kleinhandel leidde wel tot een opstoot van de fysieke premies en stuwde ook de prijzen van zilver ETF’s de hoogte in.

Recent circuleerde op sociale media het gerucht dat de Australische Perth Mint zonder zilver zou zitten om staven en munten (beleggingszilver) te slaan. Daar is echter niets van aan. De Perth Mint bevestigde dat tijdelijke onbeschikbaarheid van sommige producten te maken heeft met een tekort aan productiecapaciteit en niet met een tekort aan zilver.

Het verhaal achter de vermeende ‘naakte’ (=ongedekte) shortpositie op zilver valt grotendeels terug te brengen naar een gebrek aan kennis over hoe de termijnmarkten werken. Op de Comex grondstoffenbeurs (New York) staat 1 termijncontract in voor 5000 troy ounce of bijna 156 kilogram zilver. Uiteraard zijn niet alle uitstaande contracten 100% gedekt door een even grote voorraad fysiek goud. Dit geldt niet alleen voor zilver maar voor alle grondstoffen. Een volledige dekking is niet efficiënt voor de beursoperator en is ook niet nodig voor de goede werking van de beurs. Bij nadering van de afloopdatum worden de meeste contracten doorgerold naar een latere contractmaand of volgt er op de eindvervaldag een cash settlement (winst of verlies).

Op de termijnmarkten zijn verschillende types marktpartijen actief. De commerciëlen dekken een bedrijfsrisico af (bijvoorbeeld zilverhandelaren) terwijl speculanten (bijvoorbeeld de hedge funds) enkel op de prijswijzigingen willen inspelen.  Speculanten hebben meestal geen belang bij een fysieke levering. Zij gaan in principe geen fysieke levering van de onderliggende waarde vragen.  Gezien de hogere kosten en het feit dat ze toch maar enkel in de markt zitten om iets aan het prijsverschil te verdienen, heeft een fysieke afwikkeling van een termijncontract geen nut. In die zin is het logisch dat de papieren contracten de fysieke leveringen overstijgen.

Claims van een ‘naakte’ shortpositie waarbij contracten worden verkocht om de prijs te drukken zonder de onderliggende waarde (in dit geval zilver) te bezitten, kunnen moeilijk worden hard gemaakt. Een bepaalde marktpartij kan bijvoorbeeld een short positie hebben op de Comex maar tegelijk een long positie op de London Metals Exchange (LME).

Een andere indicatie dat er geen fysieke schaarste is, ligt bij de prijsstructuur van de termijncontracten. Zilver is in contango, wat betekent dat termijncontracten met een latere afloopdatum duurder zijn. Bij schaarste zouden we net het omgekeerde moeten zien (backwardation) waarbij een premie betaald wordt voor directe levering. Dit is nu niet het geval.